Zoeken naar gelijkaardig vers
Boek:
Hoofdstuk:

Jozua 10,37

namen haar in en joegen haar, haar koning, haar onderhorige steden en alle levende wezens in de stad over de kling. Jozua liet niemand ontkomen, evenals bij Eglon; hij sloeg de stad en al haar levende wezens met de ban.