Zoeken naar gelijkaardig vers
Categorie:
Boek:
Hoofdstuk:

Tobit 5,17

Aldus werd overeengekomen. Vervolgens zei hij tot Tobias: 'Maak je klaar voor de tocht. Ik hoop dat jullie een voorspoedige reis mogen hebben.' Toen zijn zoon zich voor de reis gereed maakte, zei zijn vader: 'Ga nu met die man op reis. Dat God, die in de hemel woont, jullie langs de goede weg geleide en moge zijn engel jullie vergezellen.' En beiden begaven zich op weg. De hond van Tobias ging met hen mee.